Leren varen in de praktijk

Voor het behalen van een theoretisch vaarbewijs kunt u terecht bij onze partner “Vaarbewijs Filmpjes”. 

Vaarbewijs Filmpjes is dé Vaarbewijs Cursus om je Vaarbewijs 1, Vaarbewijs 2 en Marifonie te halen.

Alles wat je nodig hebt om te slagen voor je Vaarbewijs Examen bij het CBR. Complete en actuele theorie in leuke animatiefilmpjes én in tekst. In een begrijpelijke uitleg met veel handige tips. Geen boeken meer nodig!

Daarnaast krijg je interactieve oefenvragen met uitgebreide toelichting van het juiste antwoord en proefexamens met eindscore. En natuurlijk helpen onze Vaarbewijs trainers jou direct in onze community als je vragen of hulp nodig hebt.

vaarbewijsfilmpjes.nl

Wanneer heb ik een vaarbewijs nodig.

Wanneer heb ik een vaarbewijs nodig?

Met welke leeftijd mag ik varen?

leeftijden vaarbewijs

Waar mag ik varen met Vaarbewijs 1 en 2?

Wanneer moet je een vaarbewijs hebben?

Heb je eigenlijk wel een vaarbewijs nodig? Het hebben van een boot betekent niet per se dat je een vaarbewijs nodig hebt. Een vaarbewijs is vereist als je boot langer is dan 15 meter. Als je motorboot korter is dan 15 meter, maar sneller kan varen dan 20 km/uur, heb je ook een vaarbewijs nodig. Dit geldt niet alleen voor boten, maar ook voor jetski’s en andere soorten waterscooters.

Welke verschillende soorten vaarbewijzen zijn er?

Er zijn verschillende soorten vaarbewijzen, afhankelijk van waar je wilt varen en hoe groot je boot is.

  • Klein Vaarbewijs 1 (KVB1):
    Dit is een recreatiebewijs dat vereist is als je motorboot sneller kan dan 20 km/uur, ongeacht de lengte. Met KVB1 kun je op rivieren, kleine meren en kanalen varen.
  • Klein Vaarbewijs 2 (KVB2):
    Dit is vergelijkbaar met KVB1, maar met KVB2 mag je ook op grotere wateren varen. Om KVB2 te behalen, moet je al in het bezit zijn van KVB1.
  • Groot Pleziervaartbewijs:
    Dit is nodig als jouw boot tussen de 25 en 40 meter is en als pleziervaartuig wordt gebruikt. Hiermee kun je op binnenwateren, kustwateren en grote meren varen. Je moet zowel KVB1 als KVB2 hebben voordat je examen kunt doen voor dit vaarbewijs.
  • Beperkt Groot Vaarbewijs:
    Dit heb je nodig als je vaart met een beroepsmatig vaartuig dat tussen de 20 en 40 meter is, een pleziervaartuig tot 40 meter, of een sleepboot of duwboot die als pleziervaartuig wordt gebruikt. Dit vaarbewijs is geldig op alle binnenlandse wateren.
  • Groot Vaarbewijs:
    Dit is vereist voor boten langer dan 40 meter en voor beroepsmatig gebruik. Met dit vaarbewijs kun je ook pleziervaartuigen besturen die langer zijn dan 40 meter. Het is geldig op alle binnenlandse wateren.

Vanaf welke leeftijd mag je vaarbewijsexamen doen?

Er is geen minimale leeftijdsgrens om een klein vaarbewijs te behalen, maar je krijgt het pas wanneer je 18 bent. Voor vaarbewijzen waarvoor je een praktijkexamen moet afleggen, moet je ook minimaal 18 jaar oud zijn. Boten waarvoor geen vaarbewijs vereist is, kun je echter gewoon besturen, zelfs als je jonger bent dan 18 jaar.

Voor het behalen van vaarbewijs 1 moet u de onderstaande onderdelen kennen.

A Wettelijke bepalingen van belang voor de veiligheid van de vaart op rivieren, kanalen en meren
A.1 Scheepvaartverkeerswet, Binnenvaartwet, Binnenvaartbesluit, Wetboek van Koophandel
A.3 Toepassingsgebied alle scheepvaartreglementen. Vaststellingsbesluit BPR, BPR regels op RPR gebied.
A.4 BPR definities en algemene bepalingen, Hfdst. 1 en 2
A.6 BPR navigatielichten, Hfdst. 3
A.7 BPR dagtekens, Hfdst. 3
A.8 BPR geluidsseinen, Hfdst. 4, bijlage 6
A.9 BPR marifoon inrichting en gebruik, Hfdst. 4, bijlage 9
A.11 BPR vaarregels, Art. 1.04, 1.05 en 6.01 t/m 6.05
A.12 BPR vaarregels, Art. 6.07 t/m 6.11
A.13 BPR vaarregels, Art. 6.12 t/m 6.16
A.14 BPR vaarregels, Art. 6.17 t/m 6.23
A.15 BPR bruggen, sluizen, Art. 6.24 – 6.28
A.16 BPR slecht zicht, Art. 6.29 – 6.33
A.17 BPR stilliggen, Hfdst. 7
A.18 BPR snelle motorboten, Hfdst. 8
A.19 BPR kleine schepen, Hfdst. 9
A.20 RPR definities en algemene bepalingen dagtekens en verlichting
A.21 RPR Vaarregels

B Behandeling van de voorstuwingswerktuigen, de veiligheidsmaatregelen
B.1 Accu’s en elektriciteit, motorkennis, oliedruk en koelwater
B.4 Brandpreventie en brandbestrijding
B.5 Reddingsmiddelen
B.7 Veiligheidsmiddelen (gas)
B.8 Veiligheidsmiddelen (overig)

C Waterwegen, omstandigheden van het vaarwater, elementaire meteorologie
C.1 Betonning
C.2 Oeververlichting en lichtkarakters
C.3 Aflezen hoogteschalen (brug)
C.4 Aflezen peilschalen (waterpeil)
C.5 Berekenen vaarwegdiepte en brughoogte
C.6 Meteorologie termen
C.7 Meteorologie druksystemen
C.8 Tekens langs de vaarweg, verboden en geboden
C.9 Tekens langs de vaarweg andere dan verboden en geboden
D Varen en manoeuvreren, maatregelen nemen onder bijzondere omstandigheden
D.1 Schroef- en roerwerking
D.3 Ankeren
D.4 Zuiging en golfslag, ontmoeten en voorbijlopen
D.5 Schutten en dode hoek
D.6 Slepen, man-overboord en bijzondere omstandigheden
D.7 Zonder boegschroef aankomen, wegvaren, keren zonder wind/stroom
D.8 Zonder boegschroef aankomen, wegvaren, keren met wind/stroom
D.9 Met boegschroef aankomen, wegvaren, keren met of zonder wind/stroom.

Voor het behalen van vaarbewijs 2 moet u de onderstaande onderdelen kennen.

E Wettelijke bepalingen van belang voor veiligheid vaart op ruime vaarwateren waarop vaarbewijs II vereist is
E.1 Toepassingsgebied SRW en SRE/BVA en aangrenzend BPR en SRKGT gebied
E.2 SRW definities en verantwoordelijkheden
E.3 SRW algemene bepalingen
E.4 SRW uitwijkbepalingen
E.5 SRW lichten, dagmerken, geluidsseinen
E.7 SRW lichten, dagmerken, kleine schepen
E.8 SRW vaarregels kleine schepen
E.12 BPR Vaarregels op de Waddenzee, IJsselmeer, Markermeer, IJmeer en Oosterschelde

F Navigatie
F.1 Meteorologie, termen en druksystemen
F.2 Meteorologie, fronten
F.3 Bronnen voor veilige vaart Bijv. kaart, stroomatlas, gids, BaZ
F.4 Kaartlezen, kaarttekens
F.5 Betonning, cardinaal
F.6 Betonning overig
F.7 Getij algemeen
F.9 Getij verticaal, berekeningen
F.10 Koersbepaling algemeen
F.11 Koersbepaling berekeningen I KK > WK en WK > KK
F.12 Koersbepaling berekeningen II KK > WK en WK > KK met drift
F.13 Koersbepaling berekeningen III KK > WK en WK > KK met stroom/eventueel drift
F.22 GPS
F.24 Kaartpassen Markermeer/positiebepaling/koers/afstand/drift. Deel I
F.25 Kaartpassen Markermeer/positiebepaling/koers/afstand/drift. Deel II
F.26 Kaartpassen Waddenzee/positiebepalen/koers/afstand/drift. Deel I
F.27 Kaartpassen Waddenzee/positiebepalen/koers/afstand/drift. Deel I